Wat is nieuw(s) in 2018?

Omgang na partnerdoding:

 

Op 1 januari 2018 treedt de Wet tot wijziging van Boek 1 BW in verband met het clausuleren van het recht op contact of omgang na partnerdoding in werking.

 

Gemiddeld vinden 14 partnerdodingen per jaar plaats, waarbij 26 kinderen hun vader of moeder verliezen. In de praktijk heerste er onvrede over de werkwijze met betrekking tot het recht op omgang na partnerdoding. Om rust en duidelijkheid te creëren voor de kinderen is deze wet in het leven geroepen. Per januari 2018 wordt geregeld dat ingeval van een vermoeden van partnerdoding de kinderrechter op basis van een verzoek van de Raad voor de Kinderbescherming altijd oordeelt of contact/omgang in het belang van het kind is. 

 

Zodra de Raad van de verdenking of veroordeling in kennis is gesteld, zal de Raad een onderzoek instellen naar de wenselijkheid van contact/omgang tussen het kind en de ouder die wordt verdacht of is veroordeeld voor het doden van de andere ouder. De norm die daarbij wordt gehanteerd is 'geen omgang, tenzij dit in het belang van het kind is'. Bij aanvang van de procedure zal de kinderrechter altijd direct een bijzondere curator voor het kind benoemen. Deze bijzondere curator zal de minderjarige zowel in als buiten rechte vertegenwoordigen. 

 

Als de verdachte of veroordeelde ouder om contact/omgang verzoekt, geldt ook de norm 'geen omgang, tenzij dit in het belang van het kind is'. Verder regelt de wet dat als het verzoek van de ouder wordt afgewezen, deze ouder voor de duur van twee jaren niet ontvankelijk is in een nieuw verzoek om contact/omgang. 

 

De nieuwe beperkte wettelijke gemeenschap van goederen:

 

Op 1 januari 2018 treedt de Wet beperking wettelijke gemeenschap van goederen in werking. Deze wet brengt het recht meer in lijn met de heersende maatschappelijke opvattingen. De wet geldt alleen voor huwelijken die na 1 januari 2018 worden gesloten. Wat betekent deze wet voor 'newlyweds'? 

 

Uitgangspunt is dat alleen vermogen dat koppels tijdens het huwelijk hebben verworven in de beperkte gemeenschap valt. Bezittingen en schulden die vóór het huwelijk zijn ontstaan, zullen in beginsel niet automatisch door boedelmenging in de huwelijksgemeenschap vallen. Erfenissen en schenkingen - al dan niet met uitsluitingsclausule - vallen niet meer in de huwelijksgemeenschap. Bezittingen en schulden die koppels vóór het huwelijk hebben verworven worden door het sluiten van het huwelijk in de gemeenschap betrokken, ongeacht de eigendomsverhouding. 

 

Als een echtgenoot niet kan bewijzen dat een goed privévermogen is, valt dit goed in de gemeenschap. Dit bewijsvermoeden geldt niet voor schulden en mag niet in het nadeel van schuldeisers werken.

 

Een schuldeiser kan zich tot een schuld die niet in de gemeenschap valt slechts verhalen op het privévermogen van de echtgenoot en op de helft van de opbrengst van een tot de gemeenschap behorende uitgewonnen goed. De positie van schuldeisers wordt hiermee beperkt.

 

Verder is er een nieuwe regeling opgenomen over winst uit een onderneming die niet tot de gemeenschap behoort. In dit geval 'komt ten bate van de gemeenschap een redelijke vergoeding voor de kennis, vaardigheden en arbeid die een echtgenoot ten behoeve van die onderneming heeft aangewend, voor zover een dergelijke vergoeding niet al op andere wijze ten bate van beide echtgenoten komt of is gekomen'. Wat hiermee wordt bedoeld is uit de parlementaire geschiedenis niet op te maken. Dit is een open norm die door de rechtspraak nog nader zal worden ingevuld. Voor advocaten is dit een Lawyers paradise!

 

Meer weten?

 

Wilt u meer weten over deze nieuwe wetten? Neem gerust met Cuijpers Advocatuur contact op. Wij houden van een kop koffie/thee en goede gesprekken. Zo kunnen wij u goed van dienst zijn. Belangrijk is dat u met een gerust gevoel ons kantoor verlaat. 

 

Foto: Pixabay